Een goede vriend uit een eerder leven vertelde me dat hij tegenwoordig de seizoenen volgt. Ik dacht dat ik hem begreep. Ik draag al jaren geen bermuda’s meer bij -2 graden.
Hij bedoelde: planten gaan in de winter de grond in, trekken hun energie terug in wortels en knollen.
Dat idee was hij gaan volgen: geen grootse plannen in de winter, alleen onderhoud. In Japan gebruiken ze daarvoor het woord yutori, zei hij. Ruimte, rust, niet alles dichttimmeren. Een beetje marge in je tijd en in je hoofd.
Ik wil zo iemand zijn. Vind dat lastig. Ik hol achter het leven aan, ben vaker ‘ergens verderop’ dan in het ‘hier en nu’.
Tekenen dwingt me te vertragen: kijken, en nog eens kijken, lijnen trekken, uitgummen, beter kijken.
Voor mijn dochter tekende ik zo deze ijsvogel. Of zoals ze in Japan zeggen: kawasemi.
Dat wist ik natuurlijk niet zelf; dat leerde ik hier om de hoek, in het Walkartpark.
Ik zag daar een ijsvogel, een van de weinige vogels die ik herken, en bij wie ik blijkbaar de neiging voel dat met passanten te delen.
De passant bleek een kenner en leerde mij de Japanse naam. Daarna wees hij me op een andere vogel: “Help me even, is dat de tjiftjaf of de fitis?” “Fitis natuurlijk,” zei ik. Vervolgens deed ik alsof ik een hond had. “Manfred, híéérrr komen!” riep ik, en liep zoekend een bosje in.
Hieronder wat tekeningen van de afgelopen tijd. Gun jezelf wat rust, gedraag je als een wortel en bluf – net als iedereen – dat je iets van de natuur begrijpt.







Top, een nuttig en wonderlijk gebruik van inkt en woorden die zich graven en etsen op papier.